Phegea 44  nummer 1                  (1 
                  maart 2016) (Mededelingen)
                Anastassiu H. T., Coutsis J. G. & Ghavalas N.: Late summer/early autumn records of fresh Pontia chloridice from Greece  (Lepidoptera: Pieridae). Evidence of a third emergence per year.
  
                  Phegea 44(1): 2–5.
                 The occurrence of fresh specimens  of Pontia chloridice (Hübner, 1813)  flying in late August/early September is reported here for the first time for  Greece. The butterfly was found to be common in two different localities, one  situated in the central Rodhópi Mts., the other in the eastern part of the  mountain range, and both in the vicinity of the Greek-Bulgarian border. The  fresh condition of the majority of specimens implied that they could not  possibly be remnants of the 2nd generation that normally flies from  June to mid-July. This conjecture is supported by the fact that the HW  underside greenish markings are often darker than in the summer brood  individuals.
                (English) –  
                Garrevoet T. & Garrevoet W.: On the status of Bembecia zebo Špatenka & Gorbunov, 1992; Bembecia pamira Špatenka, 1992; Bembecia  kreuzbergi Špatenka & Bartsch, 2010 and Bembecia martensi Gorbunov, 1994 (Lepidoptera: Sesiidae).
                Phegea 44(1): 6–13.
 
                Based on external morphology and DNA analysis, Bembecia  pamira Špatenka, 1992 appears to be conspecific with Bembecia zebo and is considered here as a subjective junior synonym  of the latter. The name priority is discussed since both taxa were described in  the same year. Additionally, the DNA analysis demonstrates a similar profile to Bembecia kreuzbergi Špatenka &  Bartsch, 2010 but this species shows clear differences in external morphology,  especially in the female, and therefore its status as bona species appears  justified. Also Bembecia martensi Gorbunov, 1994 is reviewed briefly. Illustrations of most of the discussed  species are shown together with the genitalia preparations, when available.
                (English) –  
                Cuvelier S., De Mol R. & Mølgaard M. S.: Two extreme forms of Pseudochazara amymone (Lepidoptera: Nymphalidae, Satyrinae) from  Albania.
                Phegea 44(1): 14–16.
 
                Two extreme forms of Pseudochazara amymone (Brown, 1976) from  Albania are compared with the material studied in a recent variability analysis  (Cuvelier & Mølgaard 2015). The results show that P. amymone can even be more variable than previously estimated but  the key characters of P. amymone identified in Cuvelier & Mølgaard (2015) hold even for such extreme  specimens.
                (English) –  
                Kolev Z. & Shtinkov N.: The Pygmy Skipper Gegenes pumilio: a new species to Bulgaria, and a confirmation of  its occurrence in the eastern Balkan Peninsula (Lepidoptera: Hesperiidae).
  
                    Phegea 44(1): 17–22. 
                This paper details the first  definitive record of the subtropical, circum-Mediterranean skipper Gegenes pumilio (Hoffmannsegg, 1804)  from Bulgaria. The find is significant not only on a national scale, but  primarily because it is the first certain proof of the occurrence of G. pumilio in the central-eastern parts  of the Balkan Peninsula. The characters distinguishing this species from its  close congener G. nostrodamus (Fabricius, 1793) are reviewed and the differences in the male genitalia are  clarified. Circumstances related to the ecology and conservation status of the  species are also discussed.
                (English) –  
                Melkert F.: Over de gele  oranjetipjes, Anthocharis cardamines ab. aureoflavescens Cockerell  (Lepidoptera: Pieridae) in mijn vlindercollectie.
                Phegea 44(1): 23–24.
 
                De auteur beschrijft de vondst en de kweek van Anthocharis cardamines ab. aureoflavescens Cockerell in  Noord-Holland, Nederland, van 1971 tot 1977.
                (Nederlands) –  
                 
                 
                Phegea 44  nummer 2 (1 
                juni 2016) (Mededelingen)
                De Prins G.: Polyphaenis sericata (Lepidoptera: Noctuidae, Noctuinae) nieuw voor  de Belgische fauna.
                  Phegea 44(2): 26–27. 
                 Op 20 juni 2015 werd te Merksem (Antwerpen) in een  skinnerval (op licht) een exemplaar van Polyphaenis  sericata (Esper, 1787) waargenomen. In een oude collectie werd bovendien  een ongedetermineerd exemplaar van dezelfde soort ontdekt dat reeds op 14 juli  1972 door A. Lodts te Eindhout (Antwerpen) verzameld was. Deze beide exemplaren  zijn tot nu toe (december 2015) de enige die in België waargenomen zijn.  Bijzonderheden over de biologie en de verspreiding in Europa worden meegedeeld.
                 (Nederlands) –  
                Wullaert S.: Stigmella paradoxa – meidoornvlekmineermot (Lepidoptera:  Nepticulidae), nieuw voor de Belgische fauna.
                  Phegea 44(2): 28–30.
                  Stigmella  paradoxa (Frey, 1858) werd in België ontdekt door Jean-Yves Baugnée te  Agimont (Namen) op 08.vi.2011. Kort daarna werd er, door de werkgroep  Bladmineerders van de Vlaamse Vereniging voor Entomologie, op 25.vi.2011 ook  één mijn gevonden in Matagne-la-Grande (Namen). Sindsdien werden geen  waarnemingen meer gemeld. Gegevens over de biologie en verspreiding worden  meegedeeld. 
                  (Nederlands) –  
                Molitor B.: Cosmopterix  orichalcea (Lepidoptera: Cosmopterigidae) espèce  nouvelle pour la faune belge.
                  Phegea 44(2): 31–32.
                Un exemplaire de Cosmopterix orichalcea Stainton, 1861 a été photographié à Etalle  (Belgique, Luxembourg). Il s’agit de la première mention pour la faune belge.  Des informations sur la distribution et la biologie sont données.
                (Français) –  
                Goossens R.: De wilgenspiegelmot, Cydia servillana (Lepidoptera:  Tortricidae), in het zuidoosten van Oost-Vlaanderen.
                  Phegea 44(2): 33–34.
                In de lente en zomer van 2014 en 2015 werden in  Baasrode, Vlassenbroek, Lebbeke en Wieze met feromoon in totaal 10 exemplaren  gevangen van de wilgenspiegelmot, Cydia  servillana (Duponchel, 1836). In hetzelfde gebied werd de soort echter  nooit met een lichtval gevangen. Deze soort werd tot nog toe onder andere in  Vlaanderen als zeer zeldzaam beschouwd. Het zou daarom kunnen dat ze minder  zeldzaam is dan het lijkt omdat ze niet of moeilijk met een lichtval kan worden  gelokt. Verder onderzoek moet uitwijzen of deze stelling kan worden bevestigd.
                (Nederlands) –  
                Lang S.-Y.: Description of a new subspecies of Lethe baucis Leech, 1891 (Lepidoptera:  Nymphalidae) from N. Yunnan, China.
                  Phegea 44(2): 35–39.
                  The species status of Lethe baucis Leech, 1891 from China is confirmed based upon male  genitalia characters and a new subspecies, L.  baucis huanghaoi ssp. nov. from  N. Yunnan province, is described and illustrated in this paper.
                  (English) –  
                Anastassiu H. T., Coutsis J. G. & Ghavalas N.: Maniola  megala (Lepidoptera: Nymphalidae, Satyrinae) from  the Greek island of Lésvos; a historical review of past relevant publications,  and an illustration and description of its male and female genitalia.
                  Phegea 44(2): 40–44. 
                 A review of past publications  concerning the occurrence of Maniola  megala (Oberthür, 1809) on the Greek eastern Aegean island of Lésvos is  presented; the finds about this species on Lésvos in Russell & Hall (2009)  and Russell (2012) are discussed and commented upon; the genitalia, both male  and female, of Lesvian M. megala and  the syntopic and partly synchronous M.  telmessia (Zeller, 1847) are figured, described and compared with each  other; the male genitalia of a Turkish M.  megala are figured and compared with those of its Lesvian counterpart, and  finally the conclusion is reached that though, perhaps, the Lesvian M. megala may indeed represent a  distinct subspecies, the evidence presently at hand is insufficient for making  such a deduction.
                 (English) –  
                Troukens W.: Twee nieuwe  bladsprietkevers aan de westrand van Brussel (Coleoptera: Scarabaeoidea).
                  Phegea 44(2): 45–46. 
                Onlangs werden 2 nieuwe Scarabaeoidea-soorten  gevonden aan de westrand van Brussel: Aphodius  sticticus (Panzer, 1798) en Cetonia  aurata (Linnaeus, 1761). In een eerdere publicatie werden 21 andere soorten  besproken en afgebeeld door dezelfde auteur (Troukens: 147–159).
                (Nederlands) –  
                Peeters I.: Description of a new individual form of Carabus (Hemicarabus) nitens ssp. nitens Linnaeus (Coleoptera: Carabidae).
                  Phegea 44(2): 47–48. 
                The author describes a new  individual form of Carabus (Hemicarabus) nitens ssp. nitens Linnaeus, 1758 and some particularities about the nominate species and the  habitat.
                (English) –  
                 
                Phegea 44  nummer 3 (1 
                  september 2016) (Mededelingen)
                  
                
                De Prins W., Steeman C. & Sierens T.: Interessante waarnemingen  van Lepidoptera in België in 2015 (Lepidoptera).
    
                    Phegea 44(3): 50–62.
 
                  Enkele nieuwe provinciegegevens en andere  interessante waarnemingen van Lepidoptera in 2015 worden gemeld. Enkele oudere  gegevens worden eveneens vermeld. De hele lijst is alfabetisch gerangschikt. De  gebruikte nomenclatuur is in overeenstemming met Fauna Europaea (www.fauna-eu.org).
                (Nederlands) –  
                De Prins G. & Meert R.: Tebenna micalis – Zilveroogje (Lepidoptera: Choreutidae) nieuw  voor de Belgische fauna.
                Phegea 44(3): 63–65.
                Op 7 november 2015 werd te Zandvliet/Berendrecht in  de “Ruige Heide” met een skinnerval een exemplaar van Tebenna micalis (Mann, 1857) (Zilveroogje) waargenomen. Bij nader  onderzoek bleek dit zeker niet de eerste waarneming in België te zijn. Er staan  reeds 35 meldingen op waarnemingen.be (december 2015). Het eerste waargenomen  exemplaar komt op naam van Ruben Meert: op 02.viii.2013 te Lebbeke,  Oost-Vlaanderen.
 
                (Nederlands) –  
                Coutsis J. G.: The male and female genital structures of  skippers currently placed in the genus Carcharodus Hübner, [1819] and their taxonomic significance (Lepidoptera: Hesperiidae,  Pyrginae).
  
                    Phegea 44(3): 66–75.
                  The male and female genitalia of skippers  currently placed in the genus Carcharodus Hübner, [1819] are shown and described – some for the first time – and their  taxonomic significance and implications are discussed in an attempt at  re-defining the group’s taxonomy and nomenclature.
  
                (English) –  
                Coutsis J. G. & Tshikolovets V. V.: A new species of brown Turanana from Afghanistan (Lepidoptera:  Lycaenidae, Polyommatini, Glaucopsychiti).
                  Phegea 44(3): 76–79.
                  A new brown Turanana species from Afghanistan is described on the basis of male  wing and genitalia characters. The description is supplemented by colour slides  of the specimen, together with line drawings of its genitalia, and those of  related taxa.
                (English) –  
                Galanos C. J.: Butterflies and Skippers of the South  East Aegean Island of Hálki, Dhodhekánisa (= Dodecanese) Island Complex,  Greece, representing 16 first records for the island. First record of Cacyreus marshalli from the Greek Island  of Sími. An update of the Butterfly and Skipper Fauna of the Greek Island of Rhodos  (Lepidoptera: Papilionoidea & Hesperioidea).
                  Phegea 44(3): 80–87.
                  Sixteen records of butterflies and  skippers from Hálki Island are now being presented for the first time ever. Cacyreus marshalli is being reported as  new to Sími Island, and an update of the butterflies and skippers of Rhodos  Island is being given together with a comparative study of the butterfly and  skipper fauna for the lepidopterologically better known islands of the  Dhodhekánisa-group.
                (English) –  
                Claerebout S.: Caryocolum  vicinella (Lepidoptera: Gelechiidae), une nouvelle  espèce pour la faune belge.
  
                    Phegea 44(3): 88–93.
                  Le 6 juillet 2015, un exemplaire  de Caryocolum vicinella (Douglas,  1851) (Lepidoptera: Gelechiidae) est obtenu à partir de l’élevage de chenilles,  prélevées à Pesche le 10 avril de la même année (Couvin, Province de Namur,  Belgique). Le 25 juillet 2015, un individu de la même espèce est capturé en  pleine journée, à Furfooz (Dinant, Province de Namur, Belgique). Il s'agit des  premières mentions de cette espèce en Belgique. Elle est actuellement connue de  pratiquement tous les pays européens. Les chenilles sont inféodées aux  Caryophyllaceae.
                  (Français) –  
                Troukens W.: Twee nieuwe  rouwtorretjes (Coleoptera: Tenebrionidae) aan de westrand van Brussel.
                  Phegea 44(3): 94–96.
                  Onlangs werden twee nieuwe Tenebrionidae gevonden aan  de westrand van Brussel: Platydema  violaceum (Fabricius, 1790) en Corticeus  unicolor Piller & Mitterpacher, 1783. Beide soorten leven onder losse  schors van dood loofhout. De eerste is in België heel zeldzaam. De tweede is  een recente nieuwkomer: vanaf 1996 is zijn aanwezigheid vastgesteld in 25  lokaliteiten.
                (Nederlands) –  
                 
                Phegea 44  nummer 4 (1 
                december 2016) (Mededelingen)
              
Van Steenwinkel C. & Wullaert S.: Coleophora adjectella – sleedoornkokermot (Lepidoptera:  Coleophoridae), nieuw voor de Belgische fauna.
                    Phegea 44(4): 98–100.
                  Tijdens de 4de inventarisatie van Le Gros  Tienne te Lavaux-Sainte-Anne (Namen) werd op 03.v.2014 een koker gevonden op Prunus spinosa (sleedoorn). Deze werd  later door DNA-onderzoek op naam gebracht als zijnde Coleophora adjectella Herrich-Schäffer, 1861. Deze soort wordt hier  voor het eerst uit België gemeld. Gegevens over de verspreiding en de biologie  worden meegedeeld.
                  (Nederlands) –  
                Van Steenwinkel C. & Verboven A.: Bevestiging van het  voorkomen van Calyciphora albodactylus (Lepidoptera: Pterophoridae) in België.
                  Phegea 44(4): 101–102.
  
                Op 6 juni 2015 werden te Aywaille (Luik) verscheidene rupsen gevonden van een  vedermot (Pterophoridae) op Driedistel (Carlina  vulgaris L.). Na uitkweken werd bevestigd dat het ging om Calyciphora albodactylus (Fabricius,  1794).
                (Nederlands) –  
                Claerebout S.: Grapholita  pallifrontana (Lepidoptera: Tortricidae), une espèce  nouvelle pour la faune belge.
                  Phegea 44(4): 103–106.                  
                 Le 16 juin 2014, un exemplaire de Grapholita pallifrontana (Lienig &  Zeller, 1846) a été capturé à Vierves-sur-Viroin (province de Namur, Belgique).  Il s'agit de la première mention de cette espèce en Belgique. Elle est actuellement connue de  dix-huit pays européens. La chenille est monophage et vit exclusivement sur Astragalus glycyphyllos.
                (Français) –  
                Wullaert S.: Argyresthia laevigatella – larikspedaalmot (Lepidoptera:  Argyresthiidae), nieuw voor de Belgische fauna.
                  Phegea 44(4): 107–109.
                 Tijdens de 2de excursie van de Werkgroep  Bladmineerders in het Wijnendalebos te Torhout (West-Vlaanderen) op 26.vi.2010  vonden we een Argyresthiidae waarvan we lange tijd niet wisten om welke soort  het ging. Het exemplaar werd op genitaliën gecontroleerd en gedetermineerd als Argyresthia laevigatella Herrich-Schäffer, 1855. Gegevens over de verspreiding en de biologie van de  soort worden meegedeeld.
                (Nederlands) –  
                Vermandel E. & Vliegenthart A.: Trekvlinders in de  Benelux in 2015 (Lepidoptera).
                  Phegea 44(4): 110–117.
                  Verslag over de trekvlinders in 2015 in België, Nederland en het Groothertogdom  Luxemburg. Een verkorte versie in het Frans en Engels wordt achteraan  toegevoegd.
                (Nederlands) –  
                Troukens W.: Serropalpus barbatus (Coleoptera: Melandryidae) aan de westrand van  Brussel.
                    Phegea 44(4): 117–118.
                  Op 2 augustus 2013 werd te Dilbeek (Vlaams-Brabant, België) in een lichtval een  exemplaar gevangen van Serropalpus  barbatus (Schaller, 1783). Deze boreomontane springkever is bekend in de  hele Holarctische regio en leeft onder schors van dode en zieke naaldbomen.  Tegenwoordig zit hij blijkbaar in een expansieve fase.
                (Nederlands) –  
                Coutsis J. G.: Corrections concerning the holotype and  paratypes of Melitaea timandra (Lepidoptera: Nymphalidae, Nymphalinae).
                  Phegea 44(4): 119–120.                  
                 Errors and inconsistencies regarding the  designation of the holotype and the paratypes of Melitaea timandra Coutsis & van Oorschot, 2014 are being  detected and corrected.
                (English) –  